Op patrouille met Hr.Ms. Dolfijn



Ed Kraak op Hr.Ms. Dolfijn
Zoals geschreven vertrok Kraak naar Europa, volgde in 1942 een opleiding in Dundee (Schotland) en stapte in Algiers aan boord van Hr. Ms. Dolfijn. De boot was in Engeland gebouwd. De Dolfijn zou een zusterschip krijgen, Hr.Ms. Haai, maar de opdracht voor de bouw ervan werd ingetrokken. De meeste van de Nederlandse bemanningsleden, die in Australiƫ waren geworven voor het zusterschip, zijn in oktober 1942 omgekomen. Het troepentransportschip Abosso waarmee zij vervoerd werden, werd op weg naar Engeland getorpedeerd. De omgekomen bemanning werd na de oorlog op de gedenkmonumenten van de Marine compleet genegeerd.
Kraak werd in Dundee gehuisvest in de kazerne HMS Ambrose. Elk land had daar zijn eigen verblijf. Het was een soort dorp met magazijnen, keukens, waslokalen en kantines.Van daaruit werden patrouilles gevaren in het gebied ten noorden van de Noordzee.
De patrouilles bij Noorwegen waren erge riskant vanwege de sterke Duitse verdediging en de vele mijnenvelden. Er werden daar ook nauwelijks successen geboekt, maar wel verliezen geleden. Hr. Ms O13 en O22 kwamen niet meer terug van hun oorlogsmissie. De Engelsen verloren in zes weken tijd vijf onderzeeboten.
Kraak vertelt dat de bemanning op de boot een hechte gemeenschap vormde. Het verlies van een boot kwam daarom des te harder aan. ‘Meestal kende je de jongens’, aldus Kraak. ‘We waren het meest bang voor de escorteschepen, die op jacht waren naar ons. Voor vliegtuigen was die angst veel minder, omdat we vaak ’s nachts bovenwater voeren.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten